Derde ventriculocisternostomie (ETV)
Een betrekkelijk nieuwe techniek is die, waarbij met een endoscoop (een z.g. kijkoperatie) de bodem van de derde ventrikel wordt benaderd. Deze techniek werd als eerste in Nederland vanaf 1991 in Nijmegen toegepast en inmiddels werden er meer dan 500 van deze ingrepen in Nijmegen verricht. Het NCCN is internationaal bekend als een van de centra met de meeste expertise op dit gebied wereldwijd met diverse wetenschappelijk publicaties over deze chirurgische techniek als resultaat.
De bodem van de 3e ventrikel is maar heel dun en vooral bij het bestaan van hydrocefalie uitgespannen en bijna doorschijnend. Deze bodem kan zonder veel risico worden doorgeprikt, waarbij dan een verbinding ontstaat tussen de hersenkamers en de ruimte rond de hersenen. De aquaduct (het buisje tussen derde en vierde ventrikel) is als het ware omzeild. Deze ingreep komt dan ook vooral in aanmerking bij een vernauwing van de aquaduct en andere oorzaken van een afsluitingshydrocephalie. Door deze ingreep kan het plaatsen van een drain overbodig worden gemaakt. Het succespercentage van de 3e ventriculocisternostomie is afhankelijk van de onderliggende oorzaak van de hydrocefalie. Daarom zal de neurochirurg eerst analyseren, wat precies de onderliggende oorzaak is van de hydrocefalie van uw kind, voordat hij u een voorstel zal doen met betrekking tot de behandeling middels drain of middels 3e ventriculocisternostomie.
Verantwoording: deze tekst is grotendeels ontleend aan de website van de Nederlandse Vereniging van Neurochirurgen en aangepast aan de Nijmeegse situatie door Dr E.J. van Lindert